Antoine Trouvain, Tafelmalie
English, Nederlands
English
Louis XIV liked jeu de mail very much. On the occasion of the birth of the heir to the throne, the 5th and 6th June 1662, he gave a demonstration of his address skills for 15,000 spectators. When in 1685, he got his first attacks of gout, he had to stop playing the game and he switched over to a kind of indoor mail or table billiards.
Engraving by Antoine Trouvain, 1694. Bibliothèque nationale de France, Paris.
Nederlands
Gravure uit ca. 1694 van Antoine Trouvain (1656-1708).
Te zien is hoe Lodewijk XIV tafelmalie speelt met Philippe I, hertog van Orleans, graaf van Toulouse.
Van Lodewijk XIV is bekend dat hij niet dol was op kaarten, maar liever croquet en 'biljart' speelde. Overigens was -volgens dagboekgegevens- een eeuw later ook Lodewijk XVI aan het biljarten toen de revolutie uitbrak en de avond voor hun executie samen met Marie Antoinette.
Tussen 1694 en 1698 maakte Antoine Trouvain (1656-1708) zes gravures van de appartementen van Lodewijk XIV met verschillende vermakelijkheden bij ontvangsten.
De gravure met het op kolf lijkende tafelspel, die ook wel als poster wordt aangeboden, is er daar een van. Het is waarschijnlijk de voorloper van het zogenaamde "golfbiljart".
Lodewijk XIV speelt hier met Philippe I, hertog van Orleans, graaf van Toulouse.
De gekromde stokken werden Billards (kolven) genoemd. De slof was van been of ivoor.
De functie van het goed zichtbare "stuk" rechts op tafel is onduidelijk. Mogelijk heeft die paal zich later ontwikkeld tot de hindernissen (doppen) bij het hedendaagse golfbiljart. Naar verluidt had de speeltafel destijds gaten (belouses) net als het hedendaagse golfbiljart, met een metalen beugel ervoor (passe) om te passeren. Die gaten zijn hier niet te zien. Wel is er op deze afbeelding aan de linkerkant een beugel te zien. Het maliespel kende halverwege de baan ook zo'n passe en dit afgebeelde tafelspel lijkt dus nog het meest op een halve miniatuur maliebaan. Over de spelregels bestaat geen duidelijkheid, maar het is goed denkbaar dat de bal door de passe via de band (rabat) terug naar het stuk moest worden gespeeld.
In de 18e eeuw werden tafels en ballen groter. Toen verdween ook de slof en werd de stok letterlijk op het stoten toegespitst. De spelregels veranderden totaal. De ontwikkeling van het biljart ging verschillende kanten op. Op het vaste land met 3 ballen (carambole) tot Biljart, in Engeland met 22 ballen tot Snooker en in de VS met 16 ballen tot Poolbiljart.
Het tegenwoordige golfbiljart meet 1800 x 900 mm en heeft aan de kopse kanten van de tafel in het midden een gat met aan weerszijde een rubber dop en in het midden van de tafel 8 rubberen doppen of tappen in een kruisvorm. Elke ploeg of speler heeft 5 rode of witte ballen. Het spel is niet erg bekend en heeft duidelijk meer met biljart dan met golf of kolf van doen. Zowel in Nederland als in België wordt toch volop golfbiljart gespeeld. Er is een Nederlandse Golfbiljart Bond met zes districten. De Belgische bond is ouder en telt 276 clubs met 6300 leden. Men speelt competitie met ploegen van vijf spelers en individuele kampioenschappen.
C.A M. van Woerden.
Bronnen: o.a. Golfbiljart Verbond Machelen-Diegem (opgericht 1964 in De Rode Duiver)